
De afgelopen jaren is het bedrijfswagenpark steeds meer geëlektrificeerd geraakt.
Die evolutie gaat gepaard met nieuwe vragen en praktijken, bv. hoe de elektriciteitskosten worden vergoed als de werknemer het voertuig thuis oplaadt.
In principe wordt de vergoeding voor het opladen niet beschouwd als een voordeel alle aard, ongeacht of de laadpaal deel uitmaakt van een leasing of eigendom is van de werknemer. Deze terugbetalingen worden dus normaal gezien niet belast. Voor de FOD Financiën moet echter aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
- Er werd een elektrisch of hybride voertuig beschikbaar gesteld aan de werknemer;
- De laadpaal heeft een speciaal communicatiesysteem dat de hoeveelheid verbruikte elektriciteit doorgeeft aan de werkgever;
- De Car Policy van het bedrijf vermeldt deze vergoeding;
- De vergoeding is gebaseerd op werkelijke kosten.
In de praktijk is de vergoeding op basis van werkelijke kosten echter onmogelijk, omdat de elektriciteitstarieven sterk uiteenlopen. Die moeilijkheid en het risico op een (dure) regularisatie woog op de werkgever – en de werknemers.
Maar in een recente toespraak stelde de minister van Financiën de stakeholders gerust:
- Voorlopig zal de belastingdienst de tarieven van de CREG (Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas) gebruiken voor de terugbetalingen;
- De FOD Financiën zal geen aanpassingen met terugwerkende kracht toepassen.
Deze verduidelijkingen vereenvoudigen voorlopig de elektriciteitskosten en de administratieve lasten en risico's voor de werkgevers. Hoewel een circulaire de principes nog moet formaliseren, kunnen de werkgevers zich baseren op de CREG-tarieven.
Als u nog vragen hebt of meer informatie wilt, aarzel dan niet contact op te nemen met onze adviseur in sociaal recht.